zaterdag 25 mei 2013

Hopeloze knokelloosheid

Als wij het over de anatomie van de linker voorvoet willen hebben, en dat wil ik, dan moet onmiddellijk in ogenschouw worden genomen of dit dan de anatomie betreft van een persoon met een gezond lichaam, die de beschikking heeft over een prima doorbloeding en mag vertrouwen op een in alle opzichten prikkelend werkend zenuwstelsel of de ontleding van de botten-structuur van een half door de stafylococcen en andere enge beestjes aangevreten individu, enigszins en misschien wel geheel vergelijkbaar met de schrijver dees stukje. Dat maakt natuurlijk het verschil, zowel ten aanzien van het door diabetes veroorzaakte en ingezette proces van zelfdestructie als ten aanzien van de afnemende mobiliteit waarmee ik een ieder die mij lief heeft dagelijks te pakken heb, maar egocentrisch als ik ben, daarmee vooral en voornamelijk mijzelf te pakken heb. Door de elkaar met regelmaat opvolgende ontstekingen ben ik inmiddels verlost van een blauw-paars verkleurde teen en, indien de chirurg niet zo vakbekwaam was geweest, mogelijk ook nog van twee andere tenen, waaronder de grote. Nu konden deze beide voetvingers nog fysiek gespaard worden en wel door de botten en knokels 'inside of the toes' operatief te verwijderen. Na een periode van 31 dagen ziekenhuis, waarbij 11 afzonderlijke infusen moesten worden aangelegd, een MRI en een CT-scan moesten worden ondergaan, ontelbare buisjes bloed moesten worden afgestaan, mij onder narcose moest worden gebracht, een operatie door de chirurg moest worden uitgevoerd, 7 ijzeren hechtkrammen werden ingeschoten en aan mij een gipsvoet werd aangemeten, ben ik eindelijk weer thuis. Voorlopig eenzaam zielig op de bank, in opperste staat van hopeloze knokelloosheid.

Geen opmerkingen: